Ruud & Elvira in Latijns-Amerika

Trinidad & Rurrenabaque

Wat doe je als je nog iets meer dan een week te gaan hebt voor carnaval en je wil nog meer zien van een land? Je slaat de Lonely Planet open en je kijkt waar ze het minste of het meest negatief over schrijven en je hebt gegarandeerd een leuke tijd zonder massatoerisme. Zo viel ons oog op Trinidad. Een noordelijk gelegen stadje omgeven door jungle en pampas. We wilden ook nog een bezoekje brengen aan Rurrenabaque en via Trinidad zou dit ´in príncipe¨ mogelijk moeten zijn zonder dat we via La Paz hoefden te reizen.

Bij aankomst in Trinidad was het meteen merkbaar dat we in een totaal ander Bolivia waren beland. Het was warm, broeierig, zweterig en zo vochtig dat zelfs de camera moeite had met foto´s maken en constant besloeg. Trinidad is een mooi stadje waar op zich niet veel te doen is, maar dat hoeft dan ook niet altijd. Er zijn wel mooie lagunes & pitoreske dorpjes in de omgeving die we hebben bezocht op ons gehuurde brommertje. Hier in het noorden lijkt iedereen wel een brommertje te hebben en de straten staan er vol mee. De belangrijkste activiteit van de lokale jeugd is om zoveel mogelijk rondjes te rijden rond het centrale plein om mensen te spotten, flirten en na te roepen. Dit schouwspel was erg vermakelijk en we vonden het dan ook heerlijk om tijden in het park te zitten en te zien wat er allemaal om ons heen gebeurde. Het is hier ook heel normaal dat je in een park krokodillen ziet rondlopen zonder hekken er omheen, schildpadden voorbij ziet kruipen en tapiers de grond ziet schoonlikken. Het enige dier waar ze een hekje omheen hadden gezet was een Anaconda van 9 meter en daar waren we natuurlijk wel blij mee. Tijdens het brommertochtje belandden we in een dorpje Loma Suarez waar we een paar lokale vissers vroegen of we met hun meekonden op hun vissersboot. Een van de mannen trommelde zijn 2 zoontjes op en we kregen een mooie tocht dwars door de jungle.

Bij het locale busbedrijf vroegen we of er daadwerkelijk een bus ging naar Rurrenabaque. We hadden namelijk van meerdere bronnen gehoord dat ook deze weg onbegaanbaar was geworden door de hevige regen van afgelopen weken. Het 1e busbedrijf gaf aan dat er geen problemen waren met de weg en alles gewoon reed. Dit moesten we dubbel checken bij de concurrent aan de overkant. Hier werd een heel ander verhaal verteld; er is wel zeker een probleem, de eerste 20 km is helemaal weggespoeld en is alleen begaanbaar per boot. Dit klonk ons meer vertrouwd Boliviaans in de oren en besloten dan ook om met hun te gaan reizen. De volgende dag werden we opgehaald met een oude vrachtwagen die ons verder bracht naar de haven. Onderweg passeerden we diverse tentenkampen voor mensen die nog steeds niet hebben geleerd hun huis op palen te bouwen. Elk jaar stroomt hun huis weg en blijven ze teruggaan naar hun bouwvallen. Ons reisgezelschap bestond uit 19 mannen, vrouwen en kinderen die ons zouden vergezellen tijdens de tocht. Bij aankomst in de haven werd snel duidelijk dat we niet in een normale boot zouden varen, maar met een groot uitgevallen kano zonder stoelen of een dak. Normaal is dit niet erg, maar het stortregende non-stop en de tocht zou zeker 4 uur in beslag nemen. De vrouwen en kinderen konden nog net onder een zeil schuilen, maar wij dappere toeristen hebben 4 uur kou moeten lijden en verheugden ons al op het laatste gedeelte van de trip in de camioneta (open vrachtwagen). Na 4 uur afzien kwam de camioneta dan eindelijk in zicht...maar hoe dichter bij we kwamen, hoe duidelijker werd dat dit geen vrachtwagen was, maar een normale pick-up truck. Je bent in Bolivia, dus je kan er vanuit gaan dat ze alle 19 mensen + bagage hier in willen proppen. En ja, dit gebeurde dan ook....

Na 50 meter rijden in de truck werd al snel duidelijk dat ook deze weg eigenlijk geen weg meer was. Slippartijen, bijna kantelervaringen en weinig beenruimte maakte het er niet relaxter op. Om de 5 minuten moesten alle mannen eruit om de truck uit de modder te trekken met gillende vrouwen als gevolg omdat de truck weer dreigde om te vallen (zie filmpje). Ook de mannen voelden zicht niet helemaal op hun gemak al rennende tussen de vele slangen en andere enge beesten. Omdat we grote stukken met onze knieeën in de modder moesten lopen, kwamen we al snel tot het besef dat we niet voor het donker in de bewoonde wereld zouden aankomen. Ruud die met de rest van de mannen bijna de gehele tocht heeft moeten trekken, duwen en rennen had het idee dat hij in een militaire traning was beland en Elvira heeft bijna de hele tocht met angst in de achterbak moeten doorbrengen. Daarbij kwam dat zij continue werd betast door de vrouw naast haar om te checken of Elvira niet op haar doos eieren zat. Bij overmaat van ramp kwam de truck midden in de nacht vast te zitten in de berm. Ruud, die al voelde dat de auto uit hun handen gleedt, riep nog net op tijd Elvira uit de truck. Diverse trekpogingen werden gestaakt door hevige regenval en pas na 1,5 uur schuilen in de 45 graden scheefhangende truck moesten we nieuwe pogingen ondernemen. Het water stond zo hoog dat het de auto binnen dreigde te lopen, dus het was alles of niets. Graven, trekken en duwen leidde ertoe dat we na meerdere pogingen gelukkig de auto loskregen. De verlichting van de auto deed het inmiddels niet meer en niemand had een zaklamp dus het was trekken aan glibberige touwen in het pikkedonker zonder te weten waar je (op) stapt. Om 4 uur in de nacht kwamen we eindelijk aan in het pitoreske San Ignacio de Moxos, waar we konden overnachten bij een van de medereizigers. Dat was dan 20 uur afzien voor 86 kilometer, oftewel 4 km per uur !

De volgende ochtend kregen we te horen dat er geen verder vervoer was naar Rurrenabaque. De enige optie was een terugvlucht naar Trinidad. Hiervoor hadden we niet al deze moeite gedaan, dus legden ons er niet bij neer! We bleven een extra nacht met de hoop dat er alsnog een truck zou gaan een dag later. Onze moeite werd beloond, want een dag later ging er daadwerkelijk een camioneta de goede richting op. Tijdens de reis passeerden we in onze 4x4 diverse vrachtwagens die waren vastgelopen in de modder. Wonder boven wonder vonden we in het tussenstadje San Borja meteen vervoer naar onze eindbestemming. Dezelfde avond konden we dan eindelijk na 3 dagen onze modder eraf wassen onder een hete douche in Rurrenabaque.

Rurrenabaque is het vertrekpunt voor tours naar de jungle en de pampas. Aangezien er in het regenseizoen alleen dieren te spotten zijn in de pampas, besloten we hier heen te gaan. De 3 dagen in de pampas waren samengevat; krokodillen, vogels, aapjes, zoetwaterdolfijnen, schildpadden en een 4 meter lange anaconda. Deze dieren maakte de vervuilde rivieren, massatoerisme & vernieling van de natuur nog enigzins goed.

Hopelijk vertrekt onze vlucht vanmiddag naar La Paz om op tijd in Oruro carnal te vieren! Om te mogen opstijgen mag het niet regen en wat doet het op het moment...?

Reacties

Reacties

Ingrid

Wat een belevenissen allemaal. Hier in Nederland staat het hele verkeer ook regelmatig vast (in de sneeuw) en moet er geduwd en getrokken worden. Maar dat is niets vergeleken bij die jungle zo te lezen. Goed werk Ruud! Je spierballen zullen wel toegenomen zijn.

Ingrid

Elvira, je was waarschijnlijk wel blij om vrouw te zijn? En hoe is het met de eieren afgelopen?

annemiek

Pfff wat een toestanden! Het lijkt wel een strafkamp in die jungle op vrijwillige basis. Teambuilding met je reisgenoten. Wat een bijzondere en grote dieren leven daar en is dat niet heel gevaarlijk? Gelukkig hebben tot nu toe alleen de muggen flink gebeten, laat het daar bij blijven. Veel liefs

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!